leegte.indd - page 7

Zijn jas hangt aan een haak naast het raam. Het misboekje
heeft hij meegenomen. Hij leest de tweede strofe.
Het is fout om te zeggen; ‘God vult die leegte’
Hij vult haar helemaal niet, integendeel.
Hij houdt die leegte leeg en helpt ons zo
De vroegere gemeenschap met elkaar te bewaren,
Zij het dan ook in pijn.
Tegenover Sjra zit een vrouw. Op haar schoot ligt een doos.
Aan het papier te zien een kerstcadeau. Ze lacht vriendelijk.
Haar gezicht straalt van kerstvreugde. In de middag komt
Sjra aan. Hij moet oversteken. Maar eerst gaat hij iets eten.
Tegenover het station ligt een restaurant. Hij gaat zitten bij
het raam. Kijkt naar het leven op straat. Mensen onderweg.
Heen en weer. En toch is er ook rust in deze grote stad.
Ook bij de ober. Zijn vriendelijkheid laat het eten nog beter
smaken. Voor het restaurant staat een kinderkoor. Als Sjra
naar buiten loopt zingen ze ‘O Tannen-baum’. Sjra moet nog
een kwartier reizen. In de metro gaat hij zitten op een lange
bank. De deuren gaan dicht. Een man springt nog net op tijd
naar binnen. Hijgend blijft hij de deur staan. De kerstmuts is
scheefgezakt op zijn hoofd. Sjra leest weer een strofe.
1,2,3,4,5,6 8,9,10,11,12
Powered by FlippingBook